Diëtist Judith staat voor ons paraat én verrast ons met leuke etenswaardigheden. Deze keer op het menu: goede voornemens. In januari lukken die meestal nog wel. Maar daarna gaat het vaak snel bergafwaarts. Deze week vertelt Judith hoe je het beste met je goede voornemens om kunt gaan.
Hey Judith, heb je zelf ook goede voornemens?
“Haha, leuke vraag. Nee, ik heb geen goede voornemens. Daar doe ik niet aan. Met goede voornemens hoef je niet in januari te beginnen. Dat kan op iedere willekeurige dag. Natuurlijk is de maand januari voor veel mensen wel een besefmomentje. Hoe is het afgelopen jaar geweest? En ook: wat wil ik kómend jaar bereiken? Ik snap dat wel hoor, je wordt in de media ‘doodgegooid’ met advertenties die inspelen op de voornemens. Dus we zijn er even extra gevoelig voor in die maand. Tóch denk ik dat goede voornemens niet zo’n goed idee zijn.”
Kak, wat een ongemak
Ik mag nooit meer drinken. Ik mag nooit meer snoepen. Ik moet altijd gezond eten. Zomaar een greep uit de goede voornemens van de gemiddelde Nederlander. Bij deze ‘goede’ voornemens ontstaat vaak een ongemakkelijk gevoel. Je komt steeds in een situatie terecht die je niet leuk vindt. Je collega trakteert op taart, en je moet weer nee zeggen. Je doet de voorraadkast open, maar die zak chips moet je laten liggen. Dat ongemak willen we wegnemen. De makkelijkste manier om dat te doen? Eten, dat lekkers!
Conclusie: goede voornemens ga je zo niet halen.
Goede voornemens? Goede intenties, bedoel je!
Er is een verschil tussen moeten en willen. Heel simpel: goede voornemens zitten in je hoofd, die moeten. En goede intenties komen vanuit je hart, die wil je écht. Als je een goede intentie maakt, vraag jezelf dan af of je dat écht wilt. Nooit meer snoepen? Onmogelijk! Ik wil maximaal 2 keer per week snoepen. Klinkt toch veel aantrekkelijker? Zo heb je niet die eeuwige strijd met jezelf (en je voornemens).
Ga de strijd niet aan
Stel je voor: je bent aan het touwtrekken met een monster (je goede voornemen). Het monster is groot en sterk. Tussen jou en het monster is een groot ravijn waar je langzaam naar toe getrokken wordt. Als je het touwtrekken verliest, zal je over de rand vallen. Dus je trekt en trekt nog wat harder om maar niet te vallen. Maar hoe harder je trekt, hoe harder het monster trekt en hoe dichter je bij de rand van het ravijn komt te staan.
Hoe kun jij deze strijd winnen? Door de strijd niet aan te gaan en het touw los te laten… Zo heb jíj de touwtjes in handen.
Hoe zit het met jouw goede voornemens, zorgen ze voor ongemak? Of heb je ze voor het gemak gewoon helemaal niet?
Wil je meer blogs van @Judith lezen? Dat kan hier!